Urban sketching: een nieuwe rage. Hoewel de beweging al in 2007 gestart is door de journalist Gabriel Campanario, raakt het urban sketching nu pas bekend bij het grote publiek. In Nederland zijn er diverse urban sketching groepen. Bijvoorbeeld in Rotterdam en Den Haag.
Mensen ontmoeten elkaar op afgesproken dagen en gaan samen gezellig tekenen. Een soort creatieve flashmob. Een pop-up tekensessie. De pennenlikkers tekenen op locatie dat wat ze zien. Dus niet uit het hoofd. Vaak delen de sketchers de resultaten op de sociale media. En ze geven elkaar tips en adviezen. Zo ontstaat er een wereldwijd gedeeld netwerk van ‘beeldervaringen’ op papier.
Nu is dat niet nieuw. Vroeger gingen we ‘buiten tekenen’. Op een bankje met een thermoskan koffie bij de hand. Water haalden we uit de sloot. Tegenwoordig strijkt men neer op een terras met een cappuchino of een latte macchiato. Mobiel bij de hand om iedere poep en scheet vast te leggen.
Gek genoeg wordt er niet digitaal getekend. Tenminste, meestal niet. Men gebruikt ouderwetse kroontjespennen, vulpennen, potjes inkt en ecoline en waterverf. Dat is dan wel weer vreemd.
Ik sloot me enkele weken geleden aan bij de Hoekse Schetsers. Een groep urban sketchers uit Hoek van Holland. Gewapend met een nieuwe vulpen van Lamy en een mooie waterverfdoos stond ik in de startblokken om lekker te gaan tekenen. Helaas is de groep al weer ontbonden. Razendsnel opkomen, shinen, en direct weer verzinken. Ik geloof niet dat ik dat tempo bijhouden kan. Dus pak ik mijn stoeltje en ga op mijn gemakkie lekker ‘buiten tekenen’. In m’n eentje.