Voorheen schilderde ik graag met verzadigde kleuren. Sinds een aantal jaren grijp ik juist naar onverzadigde kleuren. In het engels zijn dat de muted colors, de gedempte kleuren.
Vergrijsde, gedempte, onverzadigde kleuren krijg je door de heldere, verzadigde kleuren te mengen met zwart en wit of de complementaire (tegenovergestelde) kleur. Voor rood is dat groen, voor geel is dat paars en voor blauw oranje. Ik ben geen liefhebber van aanmengen met zwart. De schildering wordt er vaak niet mooier op met zwart. Maar juist harder, onnatuurlijker en viezer. Het toevoegen van de complementaire kleur zorgt ervoor dat de kleurkracht vermindert, maar daarvoor in de plaats krijg je prachtige kleurtonen. De kleurgrijzen die dan ontstaan harmoniëren met elkaar en hebben een geweldige uitstraling. Hoe meer kleuren door elkaar, des te mooier en warmer de grijzen worden. Echt grijs zijn ze natuurlijk nooit. Het is groengrijs of blauwgrijs of violetgrijs.
Na iedere schildersessie smeer ik de overgebleven restjes verf op mijn palet in een paar kleine glazen potjes. Dit doe ik om mooie muted colors te krijgen. Omdat ik nooit weet wat en hoeveel ik van iedere kleur overhoud, is het steeds weer een verrassing welke mengkleur er in het potje ontstaat. Als ik ga schilderen begin ik met een grote lik verf uit zo'n mengpotje op mijn palet te doen. Dat menggrijs meng ik weer met mijn verzadigde kleuren zodat ik de mooiste muted colors krijg.
Het probleem waar ik nu mee worstel is dat de mengpotjes te snel leegraken. Ik overweeg om ze gewoon maar vol te spuiten met verschillende kleuren verf uit te tubes en dan goed te roeren. Dat kan natuurlijk, maar ergens voelt dat als valsspelen. Raar natuurlijk, want ik bepaal mijn eigen regels :) Het voelt toch beter om dan wat meer verf op het palet te spuiten zodat ik na het schilderen ruim overhoud om in de potjes te doen. En dan de volgende keer te genieten van de surprises!
Wat kan een mens zichzelf toch voor de gek houden.